Costa Criolla

21 augustus 2011 - Máncora, Peru

Vanuit de indrukwekkende Cordillera Blanca ben ik begonnen aan het laatste deel van mijn reis: terug naar de kust (jaa weer de mist in) en naar het noorden van Peru. Mijn eerste bestemming was Trujillo, een kleurrijke koloniale stad in de woestijn ten noorden van Lima, vlak aan zee. Samen met Lima vormt deze stad het centrum van de criollo-cultuur in Peru: de cultuur van de afstammelingen van de Spanjaarden. De Spaanse (en andalusische) cultuur heeft zich vermengt met de afroperuaanse en de inheemse cultuur, en heeft  zo geleid tot deze cultuur. Hoewel je overal in peru de comida criolla tegenkomt (typische gerechten), en musica criolla kunt horen, is het met name de kustregio (de grote steden) waar de wortels van deze cultuur liggen. De Andes en jungle kennen hun eigen cultuur, evenals de afroperuanen in de woestijn ten zuiden van Lima.

Trujillo staat bekend om zijn kleurige huizen (elk koloniaal huis heeft een eigen kleur) en de goede zeegerechten (inderdaad erg goed, onder andere ceviche, nationaal gerecht). Daarnaast zijn er in de woestijnomgeving van Trujillo tempelcomplexen en piramides te vinden van een pre-incacultuur, de Moche genaamd, waarvan de stad Chan Chan de bekendste is. In Chan Chan vind je de fundamenten (wel groot deel overeind!) van de stad, dus de stadsmuren, pleinen, gangen en straten. Daarin waren huizen van hout en leem gebouwd die natuurlijk niet bewaard zijn gebleven, maar je hebt toch maar weinig inbeeldingsvermogen nodig om je de stad in volle glorie voor te stellen. Deze ruines zien er compleet anders uit dan de (inca)ruines die je aantreft in de Andes.

Vervolgens ben ik verder doorgereisd naar Cajamarca, gelegen in een grensgebied tussen woestijn en Andes. Het landschap onderweg is niet erg fraai (doet aan Afganistan denken, hoef ik nu ook niet meer heen;P), maar de stad zelf is mooi. Cajamarca is een koloniale stad die vanwege de architectuur wel het onontdekte Cusco van het noorden wordt genoemd. Je komt hier wel toeristen tegen, maar lang niet zo masaal als in Cusco. Opvallend in deze stad is dat geen enkele kerk een toren heeft. Men heeft hier destijds voor gekozen om zo de belastingheffing van Spanje te ontlopen (kerken die niet ¨af¨ waren, hoefden geen belasting te betalen). Wel een grappig gezicht, weer eens wat anders!

Na Cajamarca verder naar het noorden: naar de (vrij rijke) stad Piura. In deze stad komt geen enkele tourist, en wat dan meteen opvalt is dat er geen bedelaars zijn, dat je niet meer constant benaderd wordt als toerist en dat iedereen gewoon druk bezig is met zijn eigen dingen. Er gaat dus duidelijk wat mis in de toeristische plekken! Ook wordt me nu echt duidelijk dat de kustregio verreweg de rijkste regio is van Peru. De weg naar Piura gaat door een eindeloze woestijn: de Sechurawoestijn. Indrukwekkend om 360 graden om je heen alleen maar eindeloze vlakten te zien met in de verte bergen. De mooiste delen van de kustwoestijn liggen echter veel verder naar het zuiden: in de Atacama in Chili.

Ten noorden van Piura is een heel ander gebied: Tropisch en veel groener. Daarover de volgende (laatste!) keer meer. Maar ik wil jullie wel vast mijn hotel van vannacht laten zien (in Mancora), omdat dit wel het mooiste hotel is waar ik tot nu toe ben geweest (echt hilarisch!!)

Maak je reisblog advertentievrij
Ontdek de voordelen van Reislogger Plus.
reislogger.nl/upgrade

Foto’s